Ze lag op straat. Ze keek een beetje hulpeloos en ze had pijn, dat zag je. De oude botten doen niet altijd wat het hoofd in gedachten heeft, of is het omgekeerd. Boodschappen, half uit de smaakvol geruite winkeltrolley. Op de stoep.
Er waren al wel wat auto’s voorbijgereden maar makkelijk parkeren is het in die straat niet. Nu stopte er een frêle mevrouw met de fiets, ze reed net voor mij. Ik stopte ook. Ik ben niet zo frêle. Maar ik kan beter tillen. We hielpen haar zachtjes recht. Ze keek verschrikt uit de blauwig grijze ogen, en ze verontschuldigde zich voor de overlast. Ongelofelijk. Alsof ze ’t voor haar plezier deed, een beetje op een vuile trottoir in de Antwerpse binnenstad liggen wachten op aandacht..
Het was een montere vrouw, met een gezegende leeftijd. Petite, maar boordevol levenslust, ergens eind zeventig, begin tachtig, met gemak. Nadat ze de haren terug geschikt had, met een kokette beweging, stofte ze haar kleren af, keek even rond en bedankte ons.
‘Tja, ik heb zwakke knieën, dat is wel lastig”. Weer dat bijna verontschuldigende, alsof ze er van uit ging dat we haar anders zouden verdenken van misplaatste aandachtzoekerij.
Ze wandelde rustig verder, een beetje aangedaan door het voorval, maar niet van plan om er haar dag door te laten mislukken. Er moest nog gestopt bij de slager en koffie gedronken met een al even oud besje. Daar zag ik haar tenminste een uurtje later. druk gesticulerend, kleine handjes die het verhaal in geuren en kleuren uit de doeken deden.
Het leven, met vallen en opstaan, tot het einde.
Onwaarschijnlijk dat mensen dan doorrijden. Mooi geschreven en beschreven trouwens
Aha, een blogpost!! Ik keek er al naar uit. Want ze zijn altijd om duimen en vingers bij af te likken. Deze dus ook. Beklijvend mooi.
fijn om te lezen dat er nog mensen zijn die kijken en zien en het dan ook nog zo waardig verwoorden.