Sociale media: twee woordjes, geen toverkreet. De nadruk moet vooral liggen op het sociale, en een stuk minder op het ‘media-luik’ – en dit in tegenstelling tot wat veel marketeers weleens denken. Het gaat niet om kunstjes, maar om echtheid. Echte verhalen, echte emoties: pas als je dat begrepen hebt, voel je er de echte kracht van.
Vorig weekend heb ik daar de bevestiging van gekregen, in weerwil van de cynische oprispingen die me soms ook overvallen. Een laat kerstverhaal. Ik heb mogen ervaren dat er wel degelijk sprake is van een mobiliserende kracht van een medium als Facebook. Ik stelde vast dat mensen in een dorpsgemeenschap nog vals van echt kunnen onderscheiden en dat er bewogenheid en nabuurschap is, overigens tot ver over de grenzen. Hartverwarmend.
Het zoontje van mijn vriendin was een tas kwijt met daarin knuffels, iPod/iPad en gsm. Het eerste hoopgevende was dat het kereltje totaal niet bezig was met de verloren elektronica. Het ging hem om de knuffel, die zachte schijf van tien jaar opgeslagen kinderemotie. Een kind dat zijn prioriteiten nog op een rijtje heeft en voorkeur geeft aan echte beleving, eerder dan elektronisch amusement.
Beide ouders beloofden daarop alles te doen wat ze konden om dat allemaal terug te vinden. Op zich ook al mooi. Ze wilden de verloren spullen niet zomaar vervangen, neen, ze deden moeite en wilden aan zo’n kind tonen dat het vertrouwen in zijn ouders terecht is. Veel warmer en zinvoller kan het niet worden. Er volgde een flyeractie, zoekacties met vrienden, bussen bij de buren, en ook… een blogpostje. Van mijn hand, als familievriend. (Dat volledige verhaal leest u overigens hier)
Nu hoort u me sowieso zelden klagen over de belangstelling voor mijn blogposts, maar dit sloeg alles. De blog werd miraculeus de hoogte ingestuurd omdat iedereen wou helpen, zo bleek uit de duizenden hits op één dag.
De zogezegde koude maatschappij, waarbij burgers van elkaar vervreemd zijn, ik heb die niet als zodanig ervaren. Sociale media werden op een bijzonder positieve, warme en hartelijke manier gebruikt, om te helpen; niet enkel door te ‘liken’ en te ‘sharen’. Neen, velen wilden daadwerkelijk iets doen: zoeken, rondbellen, de zaak ter harte nemen. Zelfs de oud-burgemeester van het dorp zette er haar schouders onder. Het heeft allemaal geholpen: de tas – mét inhoud – werd teruggevonden door een stel buren. Met de hulp van de kleinzoon, die de post had opgevangen. Die mensen hebben ’s avonds een oprecht gelukkige vader en zoon aan hun deur gekregen.
Als marketingcase is dit een interessant verhaal, al doet dat hier eigenlijk niet ter zake. Ondanks het groot aantal verwijzingen en retweets kwam de bulk van de 15.000 hits (op nauwelijks een halve dag) nog steeds van Facebook. Veelgehoord was daarbij de opmerking ‘Normaal doe ik zoiets niet, maar ’t was zo aandoenlijk geschreven’. Facebook heeft hier – eerder dan dood te zijn – zijn weg gevonden naar oud en jong, en bleek geïntegreerd in het communicatiepatroon van zowat iedereen.
Bloggen is niet dood, het gemeenschapsgevoel is niet dood, en eerlijkheid is ook nog niet helemaal uit de wereld verdwenen, zo bewijst dit verhaal met een happy end.
Soms mag er ook al eens goed nieuws zijn.