Ramsau, Schladming. Het is grappig hoe namen blijven vastzitten in je hoofd. Mijn allereerste wintersportevaring deed ik op als kind in deze streek. Er was nog geen sprake van maximumfacturen en een bende 11 jarigen ging vrolijk op sneeuwklassen met het vliegtuig. Een belevenis. Inclusief een busreis vol kotsende kinderen. Het waren andere tijden, waar het onderwijzend personeel volop van genoot (op dat kotsen na dan)
Ik bespaar u de details over vernederingen, frustraties en ongemakkelijkheden , als jongens van gewone komaf met te grote trainingsbroeken en slecht aangepaste regenjasjes een week in de sneeuw zitten. Dat is voor een andere keer. Ik wil het ook niet hebben over groepsdouches, slecht passende pyama’s en dat soort ongemakken. Misschien wel een heel klein beetje over het eten. Toen exotisch, wegens soms onbekend, nu niet meer.
Wat er ook van weze, 35 jaar later sta ik hier weer, in een ietwat vreemde maar verre van onaangename context.
En er is niets veranded op het eerste zicht. Uiteraard heb ik tussendoor ook al wel wat Oostenrijk gezien, voornamelijk de skigebieden dan, terwijl het hier toch eerder een Nordic en langlauf gebied is (Ramsau dan), maar dat telt even niet mee.
Wat wel meetelt is de herinnering aan mijn tweede ski ervaring (na de sneeuwklassen). Met mijn toenmalig lief naar Elbigenalp in het Lechtal, georganiseerd door Ultra Montes. De katholieken hadden toen ook reisbureaus, met dat soort stichtende namen. Het was even traumatisch voor mij, want als werkstudent had ik er eigenlijk het geld niet voor, en dus werd gekozen voor dit soort oplossing. Met de bus, waarvan mijn toekomstige schoonvader de reisleider was. Ik kreeg dus ook zicht op alle égards waarmee de notabelen van het toerisme behandeld werden.
Toen werd je hartelijk ontvangen na de reis, met schnaps en een biertje, en warme schouderkloppen. Het leek een toeristenstukje, het was echt. Nu is het dat nog steeds. Men is hier hartelijk, men heet je welkom, en men wil het je naar de zin maken. Kraaknet en ferme waterdruk op de douches! Zo hoort het. Und Grosse Bieren.
Toen ik vanochtend een wandeling maakte (als je niet kunt slapen is het hier wel zalig, dan zie je’t licht worden in de bergen, alleen jammer dat het grijs en druilerig is) heb ik de perfecte samenvatting gezien van hoe je deze regio kan ‘plaatsen’ qua food experience.
Het is gemoedelijk lekker, en niet fancy. Je hoopt ook dat ze daar nooit aan beginnen. Laat ze ’t in godsnaam simpel en smakelijk houden, daar is iedereen bij gebaat. Mijn persoonlijke favoriet blijven hun soepen, die altijd opnieuw origineel gegarneerd zijn.Gisteren lag daar bijvoorbeeld een stuk spek op. Het mag misschien niet volgens de fat control foodies, maar het is gewoon lekker.
En nu ga ik ontbijten! Bis später
Schladming begot … ik zou het, indien gevraagd, nooit uit mijn geheugen hebben kunnen opdiepen, maar nu je het vertelt … een wereld van nostslgische associaties! En een ruimer gamma aan schnitzelbereidingen dan je ooit voor mogelijk zou hebben gehouden 🙂
jij ook dus… 😉